Geen nieuw juridisch kader!
Er geldt vanaf 1 april aanstaande geen nieuw juridisch kader bij het toezicht op de wijze van adverteren door reisondernemingen. Wat betekent dat?

Hetgeen bepaald is in BW art. 7:502 lid 1 sub c betreffende de precontractuele informatieplicht geldt onveranderd:  de totaalprijs van de pakketreis, inclusief belastingen en, indien van toepassing, alle bijkomende vergoedingen, toeslagen en andere kosten, of, indien deze redelijkerwijs niet kunnen worden berekend voordat de overeenkomst wordt gesloten, opgave van de soort bijkomende kosten die alsnog voor rekening van de reiziger kunnen zijn.

Deze precontractuele informatie moet (BW art. 7:502 lid 4) op een begrijpelijke en in het oog springende manier worden verstrekt.

Zie verder de download bij het onderwerp 'code reisaanbiedingen' op het ledendeel (MIJN ANVR-achter inlog) voor een uitgebreide toelichting op het juridisch kader, inclusief de wet oneerlijke handelspraktijken, de Nederlandse Reclamecode en de speciale Reclamecode Reisaanbiedingen.

Wel nieuwe inzichten!
Gedurende het afgelopen jaar hebben we gesprekken gevoerd met de ACM over de nieuwe inzichten die zij hebben opgedaan op basis van (wetenschappelijk) onderzoek, jurisprudentie en nieuwe toezichtsvereisten in andere sectoren. Wat betekent dat nu in de praktijk?

1.    Niet langer het i-symbool hanteren voor informatie over bijkomende kosten.

Alle informatie over prijzen moet meteen duidelijk zijn voor de consument. Dat betekent dat er geen informatie meer mag worden gegeven die alleen vindbaar is door op een i-symbool te klikken.

2.    Hanteren van de totaalprijs met daaronder 1 bedrag aan bijkomende kosten per boeking (m.u.v. lokale taxen en heffingen).

Veelal is de geadverteerde prijs gebaseerd op 2 personen voor een bepaalde reisduur. Kosten die daarnaast in rekening worden gebracht die niet per persoon zijn, maar per boeking (bijvoorbeeld calamiteitenfonds en boekingskosten) moeten daaronder worden genoemd in 1 bedrag.
Bijvoorbeeld wel: €40.00 calamiteitenfonds en boekingskosten.
Maar niet: €2.50 calamiteitenfonds en €37,50 boekingskosten.

3.    Vermelden bij de totaalprijs dat er lokale taxen en heffingen moeten worden afgedragen.

Naast de geadverteerde totaalprijs per persoon, en de opgetelde kosten per boeking mag er nog één regel worden opgenomen met lokale taxen en heffingen die niet via de organisator (of agent) worden afgedragen.

Daarbij kun je denken aan toeristenbelasting of eco-tax die door de klant aan de hotelier moet worden betaald of voor- en bij binnenkomst op een bestemming aan de lokale overheden.

De ACM meldt over dit laatste punt specifiek: 'in het uitzonderingsgeval waarin lokale taxen en heffingen niet in de totaalprijs zijn opgenomen en deze apart worden vermeld, hoort er naast de vermelding ook een indicatie van de kosten te staan'. Daarnaast schrijft de ACM: -'Het is nadrukkelijk niet de bedoeling dat lokale taxen en heffingen uit de prijs worden gehaald wanneer deze tot nu toe in de prijs zaten opgenomen (en deze dus bekend zijn)'.

De komende weken is het mogelijk vragen te stellen over dit onderwerp tijdens ANVR Vandaag. Aanmelden voor de volgende editie van vrijdag 17 februari aanstaande kan hier.