​De ANVR heeft juridisch onderzocht of het mogelijk is een restitutie in rechte af te dwingen. Over het algemeen zal een restitutie o.g.v. Verordening (EU) 261/2004, dan wel het lokaal geldende recht als gevolg van het opzeggen van de vervoersovereenkomst een goede basis zijn om een vordering in te stellen, uitgaande van de rechtsmacht van de Nederlandse rechtbank.

De ANVR zal starten met het dagvaarden van een 2-tal luchtvaartmaatschappijen, Royal Air Maroc en Air Transat. Deze dagvaardingen worden uitgebracht door de leden die zich hiervoor aanmelden, waarbij de ANVR dit namens de IATA-leden zal coördineren. Procedures tegen andere luchtvaartmaatschappijen worden niet uitgesloten, maar dit zal van geval tot geval moeten worden onderzocht.

De vorderingen worden gebaseerd op 2 grondslagen:

1. tickets die door de IATA-agent als onderdeel van een pakketreisovereenkomst zijn afgerekend met de luchtvaartmaatschappij. Dit omvat ook pakketreisovereenkomsten die door non-IATA agenten met een reiziger zijn afgesloten, waarbij het ticket door de IATA agent is uitgegeven.
2. Tickets die als losse vervoersovereenkomst zijn verkocht aan de passagier. Hiervoor heeft de IATA agent wel een machtiging van de passagier nodig.

Alle IATA-leden ontvangen van het secretariaat luchtvaart een bericht waarin meer informatie wordt verstrekt over de aanmelding  voor beide procedures. Non-IATA leden die rechtstreeks bij de luchtvaartmaatschappij tickets hebben afgenomen waarbij de transactie niet via BSP hebben plaatsgevonden kunnen zich aanmelden via het secretariaat luchtvaart, waarbij per geval wordt onderzocht of deelname aan de procedure mogelijk is.

Als je IATA-agent bent en dit bericht niet hebt ontvangen, of als je nadere informatie over dit onderwerp wilt ontvangen, dan kun je een bericht sturen aan luchtvaart@anvr.nl.